Economie in puin, lang leve de tuin!
Hopelijk zal ik later terugkijken op de coronacrisis als een dipje van voorbijgaande aard. Maar momenteel zit ik solitair-solidair in mijn achtertuin er maar het beste van te maken. In de zon met een aangenaam lentebriesje lukt dat prima. Even geen botanische tuinen of kom-in-de-kassen om inspiratie uit te putten. Weliswaar belet niets of niemand mij om de natuur in te trekken, maar voor het moment ga ik de uitdaging aan om mijn inspiratiebehoefte geheel uit eigen tuin te halen. Heel veel gebeurt er niet, af en toe een citroenvlinder of hommel, te vluchtig om voor de lens te krijgen. Alleen een lieveheersbeestje moet zich de privacy-schending laten welgevallen. Hun kans ruikend, bloeien prunus en sierappel, brem en laurier als een tierelier en het zij ze gegund om eens wat extra aandacht te krijgen. Want dat is toch de andere kant van deze toestand, een pas op de plaats te maken, om je heen kijken, een herbezinning op waarden. Er is hoop dat er iets goeds uit zal voortkomen – nu al profiteert het milieu van deze onvoorziene reductie van broeikasgas. Ondertussen ben ik mij wel blij dat de epidemie is uitgebroken in maart en niet in pakweg november. Boompjeboekjebiertje, het had erger gekund.