Mijn Eerste Mondkapje
Wie herinnert zich niet het moment dat je voor het eerst een mondkapje op moest! Wij waren in Duitsland, in Nederland hoefde het nog niet, toen ik de eerste, tevens laatste doos kocht. Want ik koos voor de wasbare versie. Mensen keken elkaar toen nog verontschuldiend aan; kwam het tot een gesprekje dan was er de onlogische neiging om het maar even af te doen groot. Het mondkapje veroorzaakte ook een gevoel van benauwdheid, zo ernstig dat ik het om de haverklap even afdeed om fatsoenlijk te kunnen ademen. Puur psychologisch, blijkt achteraf, want tegenwoordig zit ik zelfs met zo’n ding op de fiets omdat ik uit gewenning was vergeten het weer af te doen na een winkelbezoek. Kijk ik nu in huis om mij heen, dan zie ik mondkapjes in diverse soorten en maten, her en der opgeduikeld als reclame-artikel. En als ik hier de Holterweg af fiets, een kilometer of vier, dan tel ik er zomaar een stuk of twintig langs het fietspad! Onbedoeld natuurlijk, net als de vele handschoenen die in de wintertijd langs de weg zie liggen. Maar toch ook een kwestie van mentaliteit. Per slot van rekening tref ik op het fietspad niet twintig slordig kwijtgeraakte i-phones of creditcards aan. Zo heeft de coronastopper zich in recordtijd ontwikkeld van onwennige noodzaak tot nieuwe milieuplaag.